Lemon curd tiramisu met aardbeien

Als eerste gaan we de lemon curd maken. Deze stap kun je een dag(en) of een aantal uur van tevoren doen. Lemon curd heeft altijd even tijd nodig om weer af te koelen. Rasp de schil van de citroen. Pers het sap uit de citroen en vang dit op in een ander schaaltje.

Smelt de roomboter samen met 100 gram suiker en de citroenrasp au bain-marie. Zodra de roomboter gesmolten is voeg je het ei en het citroensap toe. Roer dit goed door en verwarm dit in 20 tot 30 minuten totdat het de dikte van yoghurt heeft. Roer tussendoor regelmatig door. Laat afkoelen tot kamertemperatuur en zet daarna in de koelkast tot gebruik.

Klop de mascarpone samen met de slagroom lobbig. Klop 2 el suiker erdoor.

Pureer 120 gram aardbeien. Hier ga je straks de lange vingers indopen.

We gaan nu de tiramisu opbouwen. Je start met een laagje mascarpone (1/3 van het mascarponeroom). Doop de helft van de lange vingers in de aardbeiensap. Verdeel ze erover. Hierover verdeel je de helft van de lemon curd.

Verdeel dan de helft van het mascarponeroom erover. Hierop komt weer een laag lange vingers gedoopt in het aardbeiensap. Dan het laatste laagje mascarponeroom. Hierover verdeel je de overgebleven lemon curd. Snijd de overgebleven aardbeien in stukjes en verdeel over de tiramisu. Zet de tiramisu in de koelkast om op te stijven voor minimaal 3 uur.