Kerstbrood met pistachespijs

Weeg 50 gram suiker af. Verwarm de melk tot lauwwarm samen met de gist en 1 eetlepel suiker. Bewaar de rest van de suiker.

Maak een berg met de bloem op het aanrecht. Maak hierin een kuil(tje). In het kuiltje komt één ei, de rest van afgewogen suiker, de melk en de roomboter (op kamertemperatuur). Bestrooi de rand van de bloem met zout. Kneed dit goed door elkaar.

Bestuif een kom met bloem en leg hierin de bol deeg. Bestrooi met bloem. Dek af met plastic folie. Laat op een warme tochtvrije plek ongeveer een uur rijzen.

Schep de rozijnen, cranberries en gedroogde abrikoosstukjes in een kom. Schenk hierbij de rum.

Maal de pistachenoten met 160 gram suiker fijn in de keukenmachine. Voeg 1 eiwit toe. Kneed de pistachespijs even door en rol er een pil van ongeveer de grootte van het brood dat je wil gaan maken.

Als het deeg gerezen is, bestrooi je het aanrecht met wat bloem. Druk het deeg plat. Bestrooi het deeg met de kaneel.

Laat de gewelde vruchten even uitlekken in een vergiet. Kneed het dan door het deeg heen.

Laat het deeg nogmaals rijzen in een met bloem bestrooide kom. Dek af met plastic folie. Het deeg moet nog een half uurtje rijzen.

Verwarm de oven voor op 180 graden.

Rol het deeg uit tot een ovaal. Bestrooi met wat bloem. Leg de pistachespijs in het midden en klap het deeg dicht.

Bak het brood in de oven af in 50 tot 60 minuten.

Smelt een klontje boter. Smeer het brood met de gesmolten boter in en bestrooi met poedersuiker.