Arancini

Snipper de ui en snijd de knoflook fijn.

Zorg dat de bouillon (700 ml) klaar staat en warm is.

Smelt een klontje boter in een pan.

Bak hierin de ui en knoflook ongeveer 3 tot 4 minuten op laag vuur.

Voeg de risottorijst toe. Roer goed door.

Blus af met de witte wijn.

Wanneer de wijn is opgenomen door de risottorijst voeg je een soeplepel bouillon toe.

Blijf in de risotto roeren. Zodra de bouillon goed is opgenomen voeg je een nieuwe soeplepel toe.

Zo ga je door totdat de risotto gaar is. Dit duur ongeveer 18 tot 20 minuten.

Zodra de risotto gaar is, voeg je de kaas en het klontje boter toe. Zet het vuur uit. Roer goed door zodat de kaas en de boter door de risotto worden opgenomen. Voeg naar smaak zout en peper toe.

Laat de risotto afkoelen en zet de risotto afgedekt een aantal uur in de koelkast. Een nachtje kan ook.

Klop een eitje los en vul een schaaltje met paneermeel.

Snijd de mozzarella in grove stukjes (ongeveer 18 stukjes).

Vorm balletjes van de koud geworden risotto. In het midden van het balletje druk je een stukje mozzarella. We maakten er 18 balletjes van.

Haal het balletje door het eimengsel en dan door de paneermeel. Leg ze op bakpapier totdat je ze gaat frituren. Maak de rest van de arancini's op dezelfde manier.

Verwarm de zonnebloemolie in een pan tot 180 graden.

Bak de arancini's in 5 minuten goudbruin. Je kunt deze Italiaanse rijstballetjes zowel koud als warm eten.